Inleiding
In de negentiende eeuw is er sprake van een burgerlijke samenleving met verschillende sociale klassen. De burgerij, bestaande uit rijke kooplieden en fabrikanten, krijgt steeds meer invloed. Tegelijkertijd zien we in de negentiende eeuw ook de opkomst van de moderniteit in Nederland. Moderne middelen van transport en communicatie en ook verstedelijking bepalen het beeld van een snel veranderende samenleving.
Literatuur in de 19e eeuw
De Verlichting maakt plaats voor een tijdperk van achtereenvolgens de romantiek, het realisme en het naturalisme. Een nieuwe generatie jonge dichters en prozaïsten wil een ander soort literatuur maken en verzet zich tegen de achttiende-eeuwse rationaliteit. Deze romantici willen ontsnappen aan de werkelijkheid en verlangen naar een andere wereld. De begrippen gevoel en verbeelding vormen de kern van deze romantische literatuuropvatting.
Naast de opkomst van de romantiek staat de negentiende eeuw bekend om de opkomende interesse in de roman. De roman is een samenhangend en omvangrijk prozaverhaal. In de negentiende eeuw beschouwt men de roman als een harmonieus kunstwerk waarin personages een bepaalde ontwikkeling doormaken. Een ander genre dat zijn intrede in de letterkunde doet, is domineespoëzie, beoefend door diverse predikanten. Deze poëzie kenmerkt zich door een moralistische toon. Onder invloed van technische ontwikkelingen, zoals de opkomst van de fotografie, vervangt het realisme de romantiek. De realisten houden zich bezig met het realistisch weergeven van de werkelijkheid. Proza en poëzie zijn, binnen deze stroming, minder groots en extravagant.
In de jaren tachtig en negentig van de negentiende eeuw boeken de natuurwetenschappen vooruitgang en groeit de belangstelling voor het observeren, experimenteren en diagnosticeren van natuurlijke fenomenen. Mede dankzij deze veranderingen ontwikkelt het realisme zich door tot het naturalisme. Deze stroming verdiept zich verder in het realistisch weergeven van de werkelijkheid, waarbij de nadruk komt te liggen op de schaduwkanten van de mens: depressie, lelijkheid en onmacht. In de laatste twee decennia van de negentiende eeuw komt de Beweging van Tachtig op. Deze nieuwe generatie dichters bekritiseren de moralistische toon van de domineespoëzie. Zij stellen dat poëzie een onafhankelijke kunst is en alleen naar zichzelf moet verwijzen.
Personen: Nicolaas Beets, A.L.G. Bosboom-Toussaint, Multatuli, Virginie Loveling, Raden Adjeng Kartini, Willem Kloos
Gebeurtenissen: Bataafs-Franse tijd, terugkeer van Oranje, opkomst van de historische roman (1814), Belgische Opstand (1830-1831), oprichting De Gids (1837), revolutie (1848), Beweging van Tachtig (1880-1894), eerste feministische golf (1870-1920)