In een verhaal kunnen we ons inleven bij mensen met andere levens en hun ethische dilemma’s, waardoor we ze ook beter begrijpen. Historische literatuur is veel gebruikt om mensen van een bepaalde moraal te overtuigen, bijvoorbeeld door een deugdelijke held als voorbeeld te stellen of bloedig af te rekenen met een slechterik. Veel moderne literatuur houdt zich verre van ‘gemoraliseer’, en wil juist de grenzen van wat toelaatbaar is verkennen en overschrijden. Toch zien we in de 21e eeuw dat met name millennialauteurs de literatuur weer gaan inzetten voor ethisch onderzoek en zelf-reflectie.
Moraal en ethiek
Literatuur heeft altijd een belangrijke rol gespeeld in het denken over de ziel of – in de moderne tijd – over het zelf. De ziel en het zelf zijn ongrijpbaar, maar in de verbeelding kunnen ze diepgaand worden verkend. In verhalen en gedichten worden dezelfde ethische vragen steeds weer op eigentijdse wijze gesteld: wat is het verschil tussen goed en kwaad? Hoe kunnen we in een bepaalde situatie het beste handelen? Moeten we naar de rede luisteren, of juist naar de emoties? Hoe doen we recht aan anderen?
Een waarschuwing voor de zondaar
Zedenspiegels en hoofse idealen voor schoolgaande monnikjes
Morele lessen en toneel in de klas
Gevangenisverhalen
Personages verweven met elkaar, natuur en technologie
De sociaal-kritische romantraditie
Katholiek en publicist op vele terreinen
Schrijven in de gevangenis
auteur onbekend, ca. 1300, Brabant
auteur onbekend, 1470-1480, Brabant of Vlaanderen
Diederic van Assenede, ca. 1260, Vlaanderen
auteur onbekend, 12e eeuw
Auteur onbekend, ca. 1500-1515, Antwerpen (?)
P.C. Hooft, 1617
Betje Wolff en Aagje Deken, 1782
Margareta Cambon-Van der Werken, 1782
Cyriel Buysse, 1903
S. Vestdijk, 1949
Frans Kellendonk, 1986