G.G.T. Rustwijk

‘De jeugd sterft dagelijks af, kort na zij is geboren... Wat reden toch! Waarom gaat alles hier verloren?’
Paramaribo, 13 december 1862 - Paramaribo, 17 juli 1914
Geschreven door Mathieu Wijdeven

George Gerardus Theodorus Rustwijk was een Surinaamse dichter, kunstenaar, theatermaker en activist. Rustwijks moeder had nog in slavernij geleefd, maar stierf toen hij twee jaar was (1864), een jaar na de afschaffing van de slavernij in Suriname. Zijn vader was vermoedelijk een witte plantagehouder. Rustwijk groeide op in een weeshuis van de Lutherse kerk in Paramaribo.
Niet een droombegin van een leven, maar later krijgt hij het toch voor elkaar om een gevestigd theatermaker te worden en kunst te maken.

Hij had een eigen atelier en een fotostudio waar het kunstminnend publiek graag kwam, maakte reizen naar Frans en (voormalig) Brits Guyana - twee buurlanden van Suriname - en regisseerde met regelmaat operettes met meer dan honderd kinderen.

Onemanshow

In 1911 maakte hij een onemanshow in theater Thalia in Paramaribo met de titel: Het 'Waarom' beantwoord of het 'Wee' ontsluierd. Het was een maatschappijkritische voorstelling. Centraal zette hij daarin de vraag waarom er in zijn tijd in Suriname zoveel kindersterfte was. Het duurde ongeveer vijf uur, maar kreeg een lovende recensie in de krant Onze West: ‘De heer Rustwijk hield gister avond een zeer boeiende en krachtige lezen (...) Aan het daverend applaus scheen geen einde te komen.’

Het stuk is een aanklacht tegen de erbarmelijke levensomstandigheden, waar het gros van de Surinamers onder lijdt:

Heel Suriname is een groot hospitaal!
(...)
W e e n t ! - W e e n t  S u r i n a m e !
Gij moge het vrij doen - laat uwe tranen vloeien voor uwe kinderen - ja slecht! - zeer slecht werd er voor uw fundament gezorgd.

De titel van zijn toneelstuk Het ‘Waarom’ beantwoord heeft ook een tweede deel: Het 'Wee' ontsluierd voor de Welvaartscommissie. De Welvaartscommissie was een groep van acht witte Nederlandse mannen die in 1911 naar Suriname werd gestuurd om te kijken hoe Nederland weer geld aan Suriname kon gaan verdienen. Suriname is tot die tijd steeds een exploratiekolonie geweest, wat betekent dat er zoveel mogelijk winst gemaakt moest worden voor Nederland.

G.G.T. Rustwijk richt zijn toneelstuk direct tot de commissieleden. Hij beschrijft ze haarfijn de ernst van de situatie in Suriname. Met beeldspraak, hele grafieken en tot bevolkingscijfers aan toe neemt hij de commissie mee. Met zijn toneelstuk wilde Rustwijk ze verleiden zich te bekommeren om de lijdende bevolking.

Halverwege het toneelstuk rolde er een groot achterdoek naar beneden, een decorstuk dat G.G.T. zelf had geschilderd met daarop een monster. Op elke arm van het monster stond een probleem waar de Surinamers onder lijden: verkeerd beleid, verouderde wetten, watergebrek, intimidatie, verboden onderzoek. Rustwijk zei er de toneeltekst bij:

Ziet hem aan! Ziet hem staan. Ziet hem gaan. Ziet hem vervormen. Het is een veelarmig voorwereldsch monster – broedsel uit vroegere tijden.
(…)
Niet de mens is slecht. Hij maakt ze slecht!

Hij gebruikte het monster niet alleen omdat het een mooie poëtische vorm is, maar ook omdat het in die tijd gevaarlijk was om direct kritiek te hebben op de Nederlandse macht in de kolonie en gebruikte dus een slimme omweg om de kritiek te uiten. Rustwijk gebruikte zijn kunst als een verzetsmiddel.

Vrijheid en verzet

Dat deed hij ook met een speech die hij in 1914 schreef waarin hij opriep om de afschaffing van de slavernij te vieren - wat nu ‘Keti koti’ heet (letterlijk vertaald uit het Sranantongo: het snijden van de ketenen). Zo’n viering is volgens Rustwijk van groot belang om ons verbonden te voelen met het verleden, maar vooral: met elkaar. Hij heeft het in de speech over de vergeten helden van de slavernijgeschiedenis: ‘Over wie we niet horen in deze geschiedenis zijn mensen als Boni, Joli Coeur, Baron en Ado.’ Het gaat hier over marrons, slaafgemaakte Afrikanen die, ontsnapt van de Surinaamse plantages, een verzetsbeweging tegen de slavernij opzetten.

Ook in deze speech gebruikt hij poëzie. Hij eindigt de speech met:

De bladeren aan de boom van vrijheid, hoewel ze in kleur verschillen hebben een vorm. Vruchten verachten de boom niet. Zwart, gekleurd en wit zijn allemaal gemaakt naar de gelijkenis van de Schepper. De man of vrouw die zich schaamt voor zijn of haar ouders is het niet waard om te bestaan. Het is tijd om na de denken om geïnteresseerd te zijn in uw geschiedenis en land.

Een beeld dat later, in 1965, ook door R. Dobru wordt gebruikt in misschien wel het bekendste Surinaamse gedicht ‘Wan bon’. 

Rustwijk maakte ook schilderwerken. Zo schilderde hij de komeet Halley die in zijn tijd de aarde passeerde. Het schilderij werd zo gewaardeerd dat het in Londen terechtkwam in Westminster Abbey. Hij verspreidde het schilderij ook als poster, zodat meer mensen ervan konden genieten.

Matrozenrozen

In 1915, na zijn dood, verscheen er een dichtbundel genaamd Matrozenrozen. Het is de eerste dichtbundel die verscheen van een Surinamer. In de bundel (herdrukt in 2004) staan gedichten met titels als: ‘Duck soup of wouw wouw’, ‘Het geheim van de krabbenpastei’ en ‘Beschaving’. De eerste strofe van laatstgenoemd gedicht:

Wat is zij?
Waar woont zij?
Wie is beschaafd en wie niet?
Elk is beschaafd op zijn tijd en bij de zijnen. 
Beschaving is wereldburgeres, zij spreekt ook alle talen.
Men ziet haar loopen door de stad of zwerven in de dalen.
Zij bewoont kasteel noch hut of even graag de beiden.
Zij bemint of haat gelijk, den christen en den heiden.
Zij kwam geboren bij ’t begin op alles voorbereid

Rustwijk is een van de eerste Surinaamse kunstenaars en zijn kunst helpt een beeld te schetsen van het Suriname van rond 1900. 
Zijn kunst maakt inzichtelijk hoe het leven was voor zwarte mensen en mensen van kleur in Suriname, kort na de afschaffing van de slavernij. Ook laat Rustwijks werk zien dat het verzet tegen het kolonialisme een lange traditie kent. Het zich uitspreken tegen racisme en discriminatie is niet een trend van nu. Mensen verzetten zich al generaties tegen racisme en discriminatie. Het is dus tijd om ervan af te komen. In Rustwijks woorden: ‘Ziet op dat licht!’

In 2021 maakte Mathieu Wijdeven samen met Raoul de Jong de theatervoorstelling Het waarom beantwoord over Rustwijk, Wijdevens betovergrootvader. Zij ontvingen er de Toneelschrijfprijs 2022 voor.